Er komt tien miljoen extra beschikbaar om in het Drentse midden- en kleinbedrijf (MKB) te investeren. Dat bedrag willen Gedeputeerde Staten lenen aan het mkb-fonds. Om het risico van die lening af te dekken moet een miljoen extra gestort worden in een reservefonds, voor het geval een deel van het uitgeleende mkb-geld niet terug komt.

Uit de tien miljoen kunnen kleine Drentse mkb-ondernemers financieringen krijgen om hun bedrijven te laten groeien. De Noordelijke Ontwikkelings Maatschappij (NOM) is beheerder van het fonds. Om verwarring te voorkomen: de NOM zelf investeert in de wat grotere bedrijven en start-up’s, het Drentse mkb-fonds is voor de wat kleinere bedrijven en is van de provincie, de NOM doet alleen de uitvoering.

Mkb fonds bijna leeg

De bodem van het mkb-fonds is in zicht. Omdat het lang duurt voordat er geld terugkomt uit de huidige investeringsleningen heeft het mkb-fonds volgens economisch gedeputeerde Henk Brink tien miljoen extra nodig. Ook omdat investeringen die bedrijven wilden doen door de coronacrisis werden uitgesteld, maar nu weer op gang komen.

Uit evaluaties blijkt dat sinds de start van het mkb-fonds in 2014 er 45 bedrijven aan een financiering zijn geholpen. Dit heeft niet alleen honderd arbeidsplaatsen opgeleverd maar er ook vierhonderd behouden. Doordat het fonds 11,4 miljoen euro heeft uitgeleend waren andere financiers bereid om op hun beurt ook 35 miljoen in diverse ondernemingen in het mkb te investeren. Het Drentse mkb-fonds brengt vaak verschillende financiers samen zodat gezamenlijk startende bedrijven of bedrijven met een hoog risicoprofiel aan geld geholpen kunnen worden. Of zoals gedeputeerde Henk Brink het uitdrukt: “Met dat geld doen wij dingen in het bedrijfsleven die anderen niet doen of niet durven.”

Revolverend?

En daarmee kom je op de ‘revolverendheid’ van het mkb-fonds. Daar waren nog wel wat vragen over in Provinciale Staten. Het mkb-fonds moet op termijn op z’n eigen benen staan. Dat heet een revolverend fonds. In een revolverend fonds komt het uitgeleende geld weer terug zodat het opnieuw beschikbaar komt voor nieuwe leningen. Dit is een beproefde manier van duurzaam financieren. Een revolverend fonds is een goed alternatief voor het traditionele subsidiëren en wordt steeds vaker door provincies toegepast.

Maar wanneer is het Drentse mkb-fonds dan revolverend, vroegen verschillende statenleden zich af. Het kan wel zeven tot acht jaar duren voordat de investeringen terug komen, volgens Brink. Er klonk een oproep dat Brink er strakker op moet sturen dat het geld echt terugkomt.

Om het risico van de extra lening van tien miljoen af te dekken moet een miljoen extra gestort worden in een provinciaal reservefonds voor revolveren voor het geval (een deel van) het uitgeleende mkb-geld niet terug komt. De lening van de tien miljoen zelf moet vijftien jaar gaan lopen.

Vinger in de pap

Ook willen PS een vinger in de pap als het gaat om welke bedrijven financiering krijgen uit het mkb-fonds. En of er genoeg investeringen met ‘impact’ in zitten en of ze wel ‘groen’ genoeg zijn. Brink zegde toe een bijeenkomst te regelen tussen de staten en de fondsmanagers van de NOM die voor de provincie het fonds beheren en het geld uitlenen. Op 29 september nemen PS een definitief besluit over de tien miljoen voor het mkb-fonds.

 

Lees ook:

https://www.rtvdrenthe.nl/nieuws/173501/Tien-miljoen-voor-investeren-in-Drents-midden-en-kleinbedrijf